Ik ben Nina, 34 jaar, mama van Reinaart (9 jaar) en ik woon samen met mijn partner en zijn twee dochters van 16 en 18 jaar. Ik ben verpleegkundige en diabeteseducator.
Mijn eetstoornis sloop in mijn leven toen ik nog maar 7 jaar was. Ik maakte een moeilijke periode door na de scheiding van mijn ouders, ontwikkelde intense verlatingsangst, begon te stotteren en ik vond mijn troost in stiekeme, extreme eetbuien.
De pesterijen op school begonnen en er gebeurden dingen waar ik liever niet dieper op in ga. Plots was ik het dikke kind dat uitgescholden en geslagen werd op de speelplaats. Omdat ik me zo schuldig en verantwoordelijk voelde voor mijn eigen gewichtstoename, durfde ik geen hulp te zoeken. Ik dacht dat ik dat alles verdiende.
Ik werd op mijn 9de via het CLB naar een diëtiste gestuurd. Die zei me dat ik geen koolhydraten meer mocht eten. Toen is mijn verstoorde relatie met eten en mijn angst voor koolhydraten echt begonnen. Ik zag aardappelen, bananen en brood op mijn 9de al als “verboden voedsel”.
In de middelbare school sloeg mijn eetbuistoornis om in boulimie. Ik had een zeer laag zelfbeeld en ging op allerlei invaliderende manieren op zoek naar bevestiging wat me vaak bracht in moeilijke en onterende situaties. Het compenseren na de eetbuien gaf me een verdovend gevoel waar ik verslaafd aan geraakte.
Na mijn bevalling (25j) werd mijn boulimie erger dan ooit en ik begon te experimenteren met allerlei onveilige medicatie in een wanhopige poging meer controle over mijn gewicht en lichaamsvormen te verkrijgen. Dit leidde enkel tot een dubbelleven, heel veel leugens, heel veel onverantwoorde risico’s en afhankelijkheid.
Net zoals iedereen, kwam ik in de loop der jaren– naast het vele geluk en de mooie dingen in mijn leven- ook wat tegenslagen tegen. Ik merkte dat ik nooit de vaardigheden had kunnen ontwikkelen om mijn emoties te reguleren bij zulke tegenslagen. Ze sloegen bij mij steeds in als een bom en het enige dat ik kon doen was mezelf beschadigen met (onder andere) mijn eetstoornis in een poging de emoties af te zwakken.
In de tweede coronagolf werkte ik als verpleegkundige op intensieve zorgen. Ik was bezig met het verwerken van verschillende tegenslagen waaronder een scheiding, co-ouderschap, zwangerschapsonderbreking, gezondheidsproblemen, ... De vele veranderingen deden mijn eetstoornis alleen maar toenemen. Ik ontwikkelde een amfetamineverslaving en ook mijn relatie met alcohol en pijnstillers was niet meer al te gezond.
Na een traumatische reanimatie op het werk, stortte ik in en schreef mijn huisarts mij platte rust voor.
Ik kroop in mijn bed en bleef daar meerdere weken in liggen. Al snel ontdekte ik toen dat ik geen eetbuien, medicatie, braken en alcohol meer nodig had, maar dat ik dezelfde roes kon bereiken door gewoon te stoppen met eten. Welkom anorexia! Ik had een nieuwe manier gevonden om alles te verdoven en vergeten. Ik hongerde mezelf uit tot mijn organen begonnen te falen.
Intussen zijn we bijna 3 jaar verder. Ik heb verschillende opnames op de dienst endocrinologie en in de eetstoorniskliniek gehad in het UZ Leuven en ik kan eindelijk – voor het eerst in heel lange tijd- zeggen dat het goed met me gaat!
Ik begin er fysiek bovenop te geraken na bijna 30 jaar roofbouw te hebben gepleegd op mijn lichaam en ik leer dankzij onder andere dialectische gedragstherapie dat er ook constructieve manieren bestaan om om te gaan met moeilijke gebeurtenissen in het leven. Ook leer ik alles een plaats te geven dat er in het verleden gebeurde waardoor ik me eindelijk kan focussen op het heden en de toekomst.
Ik zal niet zeggen dat de eetstoornis 100% weg is en dat eten en gezonde keuzes maken altijd even gemakkelijk is. Wél heb ik beslist dat het niet meer mijn eetstoornis en ik tegen de rest van de wereld is, maar ik (met de hulp van anderen) tegen mijn eetstoornis!
Comments